Familiezaken
October 17, 2025

Bereken kinderalimentatie in 2025: zo bepaal je wat eerlijk is

Bereken jouw kinderalimentatie eenvoudig. Lees hoe draagkracht, co-ouderschap en het kindgebonden budget de hoogte van de alimentatie beïnvloeden.

Bereken kinderalimentatie in 2025: zo bepaal je wat eerlijk is

Ga je scheiden of uit elkaar en hebben jullie samen kinderen? Als je gaat scheiden of uit elkaar gaat, moet er veel geregeld worden, waaronder kinderalimentatie. Dan moet er worden bepaald hoeveel kinderalimentatie de ene ouder aan de andere betaalt. Deze bijdrage is bedoeld om te zorgen dat de kinderen er financieel niet op achteruitgaan na de scheiding.

De hoogte van de kinderalimentatie is niet zomaar een bedrag dat je zelf kiest. Het maken van een kinderalimentatie berekening is best lastig, omdat er veel factoren zijn waarmee rekening moet worden gehouden. Het wordt zorgvuldig berekend op basis van drie factoren:

  • de behoefte van het kind (wat kost een kind gemiddeld per maand?);
  • de draagkracht van beide ouders (wat kan ieder betalen?);
  • en de zorgverdeling of co-ouderschapsregeling (hoe vaak verblijft het kind bij iedere ouder?).

Na een echtscheiding zijn goede afspraken en overleg tussen ouders belangrijk om conflicten te voorkomen. Bij deze berekening wordt gebruikgemaakt van de Tremanormen — richtlijnen die door rechters, advocaten en mediators worden toegepast. In de praktijk wordt vaak de NIBUD-tabel gebruikt om de behoefte van het kind vast te stellen, afhankelijk van het gezinsinkomen vóór de scheiding.

De berekening houdt rekening met de draagkracht van beide ouders en hun financiële bijdrage. In 2025 verandert er weinig aan de systematiek, maar de bedragen en normen zijn wél geactualiseerd. Het draagkrachtloos inkomen (het bedrag dat een ouder nodig heeft om zelf rond te komen) is verhoogd naar €1.680 per maand, en de indexering van bestaande alimentaties bedraagt +3,3%.

Wil je weten hoeveel jij in 2025 aan kinderalimentatie moet betalen of ontvangt? In dit artikel lees je stap voor stap hoe de berekening werkt, wat de belangrijkste factoren zijn en wanneer het slim is om een officiële berekening te laten maken.

Belangrijkste punten bij kinderalimentatie berekenen

  1. De kinderalimentatie wordt berekend op basis van behoefte, draagkracht en zorgkorting.
  2. De NIBUD-tabellen bepalen de behoefte van het kind op basis van het gezinsinkomen vóór de scheiding.
  3. De ouder die minder zorgdagen heeft, betaalt meestal meer alimentatie.
  4. De zorgkorting varieert van 15% tot 35%, afhankelijk van het aantal dagen dat het kind bij de betalende ouder verblijft.
  5. Alle bedragen worden jaarlijks geïndexeerd (in 2025 met 3,3%). De indexering loopt door tot het jongste kind 21 jaar is.
  6. De onderhoudsplicht voor kinderen geldt tot het jongste kind 21 jaar is, tenzij het kind nog niet in eigen onderhoud kan voorzien.
  7. Een officiële berekening door een mediator of fiscalist voorkomt fouten en conflicten achteraf.

Hoe werkt kinderalimentatie berekenen?

Het berekenen van kinderalimentatie gebeurt in drie stappen:

  1. De behoefte van het kind vaststellen.
  2. De draagkracht van beide ouders berekenen. De financiële bijdrage van beide ouders wordt vastgesteld op basis van hun draagkracht, waarbij de beschikbare draagkrachtruimte centraal staat. Dit wordt draagkracht genoemd en vormt het uitgangspunt bij het bepalen van de bijdrage.
  3. De kosten verdelen en de zorgkorting toepassen.

Deze berekening wordt gemaakt volgens de Tremanormen, die zijn ontwikkeld door de rechtspraak. Ze zorgen ervoor dat iedere berekening op eenzelfde manier wordt uitgevoerd — ongeacht of je dit via een mediator, advocaat of online tool doet.

Stap 1: Bepaal de behoefte van het kind

De eerste stap is het vaststellen van wat een kind gemiddeld kost. Dit wordt de behoefte genoemd.

De behoefte is afhankelijk van:

  • het gezinsinkomen vóór de scheiding;
  • het aantal kinderen;
  • en hun leeftijd.

Hiervoor wordt de NIBUD-tabel gebruikt. Deze tabel koppelt het netto gezinsinkomen aan een gemiddeld maandbedrag per kind.

Voorbeeld (2025):

Een gezin had vóór de scheiding een netto gezinsinkomen van €4.000 per maand en twee kinderen.

Volgens de NIBUD-tabel bedraagt de totale behoefte:

  • €800 per kind per maand, dus in totaal €1.600.

Dat is het bedrag dat beide ouders samen zouden moeten bijdragen aan de kosten van de kinderen.

Belangrijk: de behoefte wordt niet verminderd door toeslagen of kindgebonden budget — dat komt pas later bij de draagkrachtverdeling aan bod.

Stap 2: Bereken de draagkracht van beide ouders

De tweede stap is het berekenen van de draagkracht: wat kan elke ouder bijdragen, rekening houdend met zijn of haar inkomen en vaste lasten.

De draagkrachtformule luidt:

(Netto-inkomen – draagkrachtloos inkomen) × 70% = draagkracht

Het draagkrachtloos inkomen is het bedrag dat een ouder nodig heeft om zelf van te leven. In 2025 is dat €1.680 per maand.

Ouders zijn wettelijk verplicht hun kinderen financieel te onderhouden.

Voorbeeld:

  • Ouder A verdient netto €3.200 per maand.
  • Ouder B verdient netto €2.000 per maand.

De draagkracht van ouder A:

(€3.200 – €1.680) × 70% = €1.064.

De draagkracht van ouder B:

(€2.000 – €1.680) × 70% = €224.

Totaal draagkracht = €1.064 + €224 = €1.288.

Ouder A heeft dus 82,6% van de totale draagkracht, ouder B 17,4%.

Op basis daarvan wordt de totale kinderbehoefte (uit stap 1) verdeeld.

Stap 3: Verdeel de kosten en pas de zorgkorting toe

Als duidelijk is hoeveel ieder kan bijdragen, volgt de laatste stap: de verdeling van de kosten, waarbij rekening wordt gehouden met de zorgkorting.

De ouder die de dagelijkse zorg niet of minder uitvoert, betaalt doorgaans de alimentatie. De zorgkorting compenseert de ouder die wel zorgtaken op zich neemt. Deze korting is afhankelijk van het aantal dagen dat het kind bij de ouder verblijft:

Zorgregeling

Percentage zorgkorting

1 dag per week

15%

2 dagen per week

25%

3 dagen of co-ouderschap

35%

Voorbeeld:

In het vorige voorbeeld was de totale kinderbehoefte €1.600 per maand.

De ouder met de meeste zorgdagen (Ouder B) heeft 25% zorgkorting.

Ouder A (82,6% draagkracht) betaalt:

€1.600 × 82,6% = €1.321.

Na 25% zorgkorting (€400) betaalt ouder A uiteindelijk €921 per maand.

Kinderalimentatie wordt jaarlijks geïndexeerd om mee te groeien met de kosten van levensonderhoud.

In 2025 stijgen bestaande alimentatiebedragen automatisch met 3,3%. De Belastingdienst en rechters gebruiken dit percentage standaard bij lopende regelingen.

Co-ouderschap en kindgebonden budget

Bij co-ouderschap verdelen beide ouders de zorg en kosten van de kinderen ongeveer gelijk. Co-ouderschap komt vaak voor bij gescheiden ouders, die samen afspraken maken over de opvoeding en het welzijn van hun kinderen. Toch betekent dat niet automatisch dat er geen kinderalimentatie meer nodig is. De ouder met het hoogste inkomen blijft namelijk verantwoordelijk voor een groter deel van de kosten, ook wanneer de zorgverdeling 50/50 is.

Het kindgebonden budget (KGB) speelt hierin een belangrijke rol. Dit is een toeslag van de Belastingdienst die alleen wordt uitgekeerd aan de ouder bij wie het kind officieel staat ingeschreven. Dat zorgt er in de praktijk vaak voor dat één ouder een financieel voordeel heeft, wat invloed heeft op de berekening van de draagkracht en de uiteindelijke hoogte van de alimentatie.

Ontvangt één van de ouders het KGB, dan verlaagt dit de behoefte van het kind, waardoor de andere ouder minder hoeft bij te dragen. Dit effect is groter wanneer de inkomens van beide ouders ver uit elkaar liggen.

Bij samengestelde gezinnen of meerdere kinderen uit verschillende relaties kan de berekening complex worden. Wanneer er sprake is van nieuwe partners, wordt de berekening vaak nog ingewikkelder. In dat geval is het verstandig om de verdeling van het kindgebonden budget en de draagkrachtverhouding opnieuw te laten berekenen, zodat het bedrag eerlijk verdeeld wordt en aansluit bij de actuele gezinssituatie.

Fiscale aspecten van kinderalimentatie

Bij het berekenen van kinderalimentatie is het essentieel om goed te kijken naar de fiscale situatie van beide ouders. De hoogte van de kinderalimentatie wordt namelijk niet alleen bepaald door het bruto inkomen, maar vooral door het netto besteedbaar inkomen. Dit is het bedrag dat je als ouder daadwerkelijk overhoudt na aftrek van belastingen, premies en andere inhoudingen. Ook het vakantiegeld en eventuele bonussen tellen mee bij het bepalen van het besteedbaar inkomen, omdat deze bijdragen aan de financiële ruimte die je hebt om kinderalimentatie te betalen.

Daarnaast spelen fiscale toeslagen, zoals het kindgebonden budget, een belangrijke rol. Dit budget wordt door de Belastingdienst toegekend aan de ouder bij wie het kind officieel staat ingeschreven en kan de behoefte van het kind verlagen. Ook andere toeslagen, zoals huurtoeslag of zorgtoeslag, kunnen invloed hebben op het uiteindelijke bedrag dat je als ouder moet bijdragen.

Omdat de fiscale regels en toeslagen jaarlijks veranderen, is het verstandig om een officiële berekening te laten maken door een mediator of advocaat. Zij zorgen ervoor dat alle relevante fiscale aspecten worden meegenomen in de berekening, zodat de hoogte van de kinderalimentatie eerlijk en volgens de regels wordt vastgesteld. Zo voorkom je verrassingen achteraf en weet je zeker dat de berekening klopt, ook als de rechter of de Belastingdienst ernaar kijkt.

Kortom: wil je zeker weten dat jouw kinderalimentatie goed is berekend, laat dan altijd het volledige netto inkomen, inclusief vakantiegeld en toeslagen, meenemen in de officiële berekening. Zo kom je als ouders tot een eerlijke en duurzame afspraak waar beide partijen zich in kunnen vinden.

Juridische afspraken en officiële berekening

Afspraken vastleggen in een ouderschapsplan

Na een scheiding is het belangrijk dat alle afspraken over kinderalimentatie duidelijk en juridisch geldig worden vastgelegd. Ouders kunnen zelf afspraken maken over de hoogte van de alimentatie en deze opnemen in het ouderschapsplan. Dit document wordt vervolgens goedgekeurd door de rechter en vormt de juridische basis voor de toekomstige betalingen.

Gebruik van de Tremanormen

Bij het vaststellen van de hoogte van de kinderalimentatie gebruiken rechters en mediators de zogenoemde Tremanormen. Deze richtlijnen zorgen voor een eerlijke en uniforme berekening, gebaseerd op de behoefte van het kind en de draagkracht van beide ouders. Hierbij wordt gekeken naar het netto gezinsinkomen van vóór de scheiding, de zorgverdeling, en eventuele toeslagen zoals het kindgebonden budget.

Officiële alimentatieberekening laten maken

Hoewel ouders de berekening zelf kunnen uitvoeren met online rekentools, kiezen veel mensen ervoor om een officiële berekening te laten maken door een mediator, advocaat of notaris. Zo weet je zeker dat de berekening juridisch klopt en ook standhoudt als de rechter of het LBIO betrokken raakt.

Wanneer herberekenen noodzakelijk is

Verandert de situatie van één van de ouders — bijvoorbeeld door een hoger of lager inkomen, een verhuizing of de komst van een nieuw kind — dan kan de alimentatie worden herberekend. Het is verstandig om deze nieuwe berekening opnieuw officieel vast te leggen, zodat beide partijen weten waar ze aan toe zijn en toekomstige discussies worden voorkomen.

Veranderingen en herberekening van kinderalimentatie

Wanneer een herberekening nodig is

De hoogte van de kinderalimentatie staat niet voor altijd vast. Zodra de financiële of persoonlijke situatie van één van de ouders verandert, kan een herberekening nodig zijn. Denk aan een verandering in inkomen, een nieuwe baan, verhuizing, samenwonen met een nieuwe partner of het krijgen van extra kinderen. Al deze factoren hebben invloed op de draagkracht en dus op het alimentatiebedrag.

Inkomstenstijging of -daling

Als het inkomen van één van de ouders stijgt, kan dat aanleiding zijn om de kinderalimentatie te verhogen. Omgekeerd geldt hetzelfde: een daling van het inkomen, bijvoorbeeld door ontslag of ziekte, kan een reden zijn om een lager bedrag vast te stellen. Deze wijzigingen moeten altijd goed onderbouwd worden met actuele inkomensgegevens.

Wijziging in zorgregeling

Ook de verdeling van de zorgtaken speelt een rol. Wanneer een ouder meer of juist minder dagen voor de kinderen zorgt, verandert de zorgkorting. Een aanpassing in de zorgregeling, of een wijziging in de omgangsregeling, kan daarom direct invloed hebben op het bedrag dat de andere ouder betaalt of ontvangt. Een wijziging in de omgangsregeling kan namelijk leiden tot een herberekening van de alimentatie.

Nieuwe gezinssituatie

Als één van de ouders hertrouwt of gaat samenwonen, kan de financiële situatie veranderen. Dit kan ook gevolgen hebben voor het recht op een bijstandsuitkering, omdat samenwonen of hertrouwen invloed kan hebben op de hoogte of het ontvangen van deze uitkering. Een nieuwe partner kan soms meebetalen aan vaste lasten, wat de draagkracht vergroot. Maar ook de komst van een nieuw kind kan ervoor zorgen dat het beschikbare inkomen over meer personen verdeeld moet worden. In beide gevallen kan een herberekening van de kinderalimentatie uitkomst bieden.

Juridische aanpassing aanvragen

Wanneer ouders het niet eens worden over de wijziging, kan via een mediator of advocaat een verzoek worden ingediend bij de rechter voor een officiële herziening van de kinderalimentatie. De rechter beoordeelt dan opnieuw de behoefte en draagkracht op basis van de actuele cijfers en omstandigheden.

Veelgestelde vragen over kinderalimentatie

Hoeveel alimentatie betaal je voor één kind?

Gemiddeld ligt de kinderalimentatie tussen €150 en €500 per maand per kind. Het exacte bedrag hangt af van het inkomen van beide ouders, de woonlasten en de verdeling van de zorgtaken. Hoe hoger het gezamenlijke inkomen, hoe hoger meestal ook de behoefte van het kind.

Wat als mijn ex-partner niet betaalt?

Wanneer je ex-partner de alimentatie niet betaalt, kun je het Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen (LBIO) inschakelen. Zij kunnen het bedrag innen via loonbeslag, verrekening met toeslagen of zelfs via de werkgever. De kosten voor deze inning worden op de wanbetaler verhaald.

Wat als ik een co-ouderschapsregeling heb?

Bij co-ouderschap verdelen beide ouders de zorgtaken en kosten grotendeels gelijk. Toch kan er nog een verschil zijn in inkomen of kindgebonden budget, waardoor één ouder een lager of hoger bedrag moet bijdragen. In dat geval wordt zorgkorting toegepast, afhankelijk van het aantal dagen dat de kinderen bij iedere ouder verblijven.

Tot wanneer ben ik verplicht te betalen?

De alimentatieplicht loopt in principe tot het kind 21 jaar is. Voor minderjarige kinderen wordt het bedrag aan de verzorgende ouder betaald, en daarna rechtstreeks aan het kind zelf. Wanneer een kind door studie, een beperking of wanneer het kind gehandicapt is en daardoor niet in zijn eigen onderhoud kan voorzien, kan de verplichting langer doorlopen.

Kan ik zelf kinderalimentatie berekenen?

Ja, dat kan. Op Belastingscan.nl vind je een handige rekentool om kinderalimentatie te berekenen. Daarmee krijg je direct een goed beeld van het bedrag op basis van je inkomen en zorgverdeling. Houd er rekening mee dat als je zelf alimentatie betaalt, je te maken krijgt met fiscale regels die invloed kunnen hebben op je belastingaangifte. Wil je meer zekerheid of juridische geldigheid, laat dan een officiële berekening maken door een specialist of mediator.

Conclusie: laat jouw kinderalimentatie professioneel berekenen

Kinderalimentatie lijkt eenvoudig te berekenen, maar in de praktijk spelen er vaak meer factoren mee dan je denkt: het inkomen van beide ouders, het kindgebonden budget, de zorgverdeling en eventuele nieuwe gezinssituaties. Een kleine wijziging in één van deze onderdelen kan al snel leiden tot een ander alimentatiebedrag.

Om onnodige conflicten en herberekeningen te voorkomen, is het verstandig om jouw situatie professioneel te laten doorrekenen. Zo weet je zeker dat het bedrag eerlijk, haalbaar en juridisch correct is vastgesteld. Het is daarbij belangrijk dat ouders samen afspraken maken over alimentatie, zodat er een duurzame en gezamenlijke oplossing ontstaat.

Gratis checkgesprek over jouw alimentatie

Wil jij weten of het bedrag dat je nu betaalt of ontvangt nog klopt? Of twijfel je of er een herberekening nodig is?

Plan dan een gratis checkgesprek via Belastingscan.nl. In 15 minuten bespreek je jouw situatie met een specialist en krijg je direct inzicht in jouw rechten, plichten en mogelijke besparingen.

Wil jij weten of je belastingvoordeel misloopt?

Doe de gratis Belastingscan
En ontdek hoeveel geld jij kunt besparen.